
Paramaribo, 24 oktober 2025 – Een vernietigend rapport van de Rekenkamer van Suriname heeft vastgesteld dat alle gronduitgiftes in 2023 door het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer (GBB) niet rechtmatig zijn uitgevoerd.
Volgens de Rekenkamer werden wettelijke procedures “stelselmatig overtreden” en bestonden er ernstige tekortkomingen in administratie, controle en transparantie.
Het ministerie van GBB wijst die conclusie echter van de hand en noemt het oordeel van de Rekenkamer “prematuur en onvolledig”.
In het rapport “Rechtmatigheidsonderzoek Gronduitgifte Ministerie van GBB – Dienstjaar 2023” staat onomwonden dat geen van de onderzochte gronduitgiftes rechtmatig is uitgevoerd.
De controle-instantie baseert zich op de Domeinwet en de Comptabiliteitswet 2019, die voorschrijven dat elke toewijzing aan wettelijke voorwaarden moet voldoen, waaronder de regel dat één persoon slechts één perceel voor bebouwing en bewoning mag krijgen.
“Er is sprake van ernstige tekortkomingen in de naleving van wet- en regelgeving, hetgeen structurele hervorming van het beheer van domeingrond vereist,” aldus de Rekenkamer.
De bevindingen komen voort uit steekproefsgewijs onderzoek van dossiers, maar volgens de Rekenkamer waren de tekortkomingen zodanig structureel, dat het oordeel “niet beperkt blijft tot enkele gevallen”.
Het ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer reageerde schriftelijk op het conceptrapport (brief Min GBB Bureau No. 3166-24, d.d. 16 december 2024) en betwist de conclusie van de Rekenkamer.
Volgens GBB:
“Uitgaande van het aantal gecontroleerde uitgiftes in het jaar 2023, kan geconcludeerd worden dat slechts 1,65% van de dossiers gecontroleerd is. Derhalve is het eindoordeel prematuur dat de uitgifte niet rechtmatig geschiedt.”
Het ministerie stelt verder dat:
“De processen en procedures bij grondaanvraag zijn bij wet geregeld. Het gestelde dat deze niet zijn vastgesteld, is derhalve niet juist. De procedure van grondtoewijzing komt alleen tot stand met inachtneming van de vigerende wet- en regelgeving.”
Met andere woorden: GBB vindt dat de Rekenkamer te vergaande conclusies trekt op basis van een te kleine steekproef.
De Rekenkamer liet het daar niet bij. In haar noot bij de ministeriële reactie stelt de controle-instantie dat er in slechts één van de drie gevallen een verklaring is gegeven voor dubbele toewijzing, en dat dit onvoldoende is om de conclusie te herzien.
“Derhalve kan de Rekenkamer niet afwijken van haar conclusie dat er in strijd met Decreet L-2 Eerste Afdeling artikel 1 II lid 5 domeingrond is toegewezen.”
Het instituut benadrukt dat de overtreding van deze bepaling niet kan worden afgedaan als een “incident”, aangezien het om herhaalde toewijzingen aan dezelfde personen en rechtspersonen ging, zonder geldige motivatie.
De politieke reactie liet niet lang op zich wachten.
Parlementariër Bronto Somohardjo (PL), voorzitter van de commissie Grondzaken, noemt het rapport “een nationale wake-upcall”.
“Als de Rekenkamer zegt dat elke gronduitgifte van 2023 onrechtmatig is, dan praten we over duizenden percelen. Dat kan niet afgedaan worden als een foutje. We moeten weten wie tekende, wie opdracht gaf en wie profiteerde,” aldus Somohardjo bij ABC Suriname.
Hij hekelt dat burgers de dupe worden van een systeem waarin politieke invloed en persoonlijke belangen leidend lijken te zijn.
“Zelfs de grond van de moeder van Brunswijk is dubbel uitgegeven. Dat zegt alles.”
Somohardjo waarschuwt dat de overheid de gevolgen al voelt. Volgens hem lopen er ongeveer 900 rechtszaken tegen het ministerie en is de staat al meer dan 100 miljoen SRD kwijt aan schadevergoedingen.
“De belastingbetaler draait op voor fouten van mensen die dachten dat grond privébezit was,” zegt hij. “En dat terwijl gewone burgers al jaren wachten.”
De Rekenkamer roept het ministerie op om:
Het ministerie wijst naar de beperkte steekproef van de Rekenkamer (1,65% van de dossiers) en noemt het oordeel voorbarig.
De Rekenkamer stelt daarentegen dat de overtredingen fundamenteel zijn en het beeld van het ministerie bevestigen als structureel disfunctionerend.
Feit blijft dat duizenden grondbeschikkingen uit 2023 juridisch onzeker zijn.
De komende weken moet blijken of GBB de uitgiftes gaat herzien of het parlement de zaak naar zich toe trekt.