Op 28 juli 2025 hebben Israëlische soldaten het vuur geopend op Palestijnen die op voedselhulp wachtten bij twee distributiepunten in Gaza. Volgens Al Jazeera kwamen daarbij ten minste één persoon om het leven en raakten meerdere mensen gewond. Het incident vond plaats terwijl de humanitaire situatie in de belegerde Gazastrook snel verslechtert: opnieuw stierf een baby aan ernstige ondervoeding omdat er nauwelijks toegang is tot voedzame voeding.
De Verenigde Naties melden dat Israël de afgelopen dagen de beperkingen op hulpgoederen iets heeft versoepeld, waardoor honderd vrachtwagens per dag de enclave binnen mogen rijden. Dat is echter veel minder dan de 300 tot 500 vrachtwagens die normaal dagelijks nodig zijn om de 2,3 miljoen inwoners van Gaza te voorzien van basisbehoeften. De VN waarschuwt dat de huidige hoeveelheid niet voldoende is om een hongersnood en gezondheidscrisis te voorkomen. Hulporganisaties roepen op tot een volledig staakt‑het‑vuren en onbelemmerde toegang voor humanitaire konvooien.
De schoten op hulpzoekenden en de dood van het kind hebben internationaal tot verontwaardiging geleid. Mensenrechtenorganisaties eisen een onafhankelijk onderzoek naar het gebruik van geweld tegen burgers die op hulp wachtten en benadrukken dat Israël als bezettingsmacht verantwoordelijk is voor de bescherming van de burgerbevolking. Vanuit Gaza klinken wanhopige oproepen tot meer voedsel en medische hulp, terwijl diplomaten zoeken naar een politieke oplossing om de blokkade te beëindigen.