
Paramaribo, 8 oktober 2025 — Met algemene 36 stemmen heeft De Nationale Assemblée (DNA) dinsdag de ontwerpwet houdende nadere wijziging van de Wet op de Staatsschuld (S.B. 2002 no. 27, laatstelijk gewijzigd bij S.B. 2023 no. 51) aangenomen. De wetswijziging beoogt de overschrijding van het schuldplafond per juli 2025 wettelijk te verankeren en creëert tijdelijk ruimte voor de regering om nieuwe schuldverplichtingen aan te gaan ter financiering van de begroting.
Volgens parlementsvoorzitter dr. ir. Michael Adhin ligt “de macro-economische stabiliteitsverantwoordelijkheid van de staat ook bij het parlement.” Hij benadrukte dat de wijziging voorziet in meer parlementaire goedkeuring, een schuldstrategie en een planmatige sanering van de overheidsfinanciën.
“Met deze aanpassing is vastgelegd dat elke overschrijding van het schuldplafond slechts kan plaatsvinden onder strikte voorwaarden,” aldus Adhin. Daarbij zal de minister van Financiën en Planning jaarlijks een staatschuldenplan moeten indienen samen met de begroting, om transparantie en discipline te waarborgen.
Adhin wees verder op artikel 28, waarin een beperkte overgangstermijn is opgenomen als signaal van begrotingsdiscipline en tijdige normalisatie van de schuldpositie. In artikel 18 is bovendien een plaatsvervangend Administrateur-Generaal benoemd, bedoeld om de continuïteit in financieel beheer te versterken.
De initiatiefnemer van de wet, drs. Rossiellie Cotino, sprak haar tevredenheid uit over de unanieme steun.
“Het doet me goed dat we als parlement, met gezamenlijke inspanning, tot dit resultaat zijn gekomen. Dit toont aan dat we elkaar kunnen vinden, openstaan voor kritiek — ook van buiten het parlement — en samen verantwoordelijkheid nemen,” zei Cotino.
Ook drs. Rabindre Parmessar, voorzitter van de Commissie van Rapporteurs (CvR), prees het verloop van de behandeling.
“Er is geluisterd naar de samenleving. De discussie verliep rustig en overtuigend,” aldus Parmessar.
CvR-lid drs. Asiskumar Gajadien benadrukte dat oppositie en coalitie samen moeten waken voor verantwoord beleid:
“De regering moet niet zodanig lenen dat er extra druk komt op de samenleving. We dienen één belang: het belang van Suriname.”
Mede-initiatiefnemer drs. Jerrel Pawiroredjo waarschuwde voor overmatig optimisme:
“Hoe positief de verwachtingen ook zijn, dat ontslaat ons niet van de plicht om strenge begrotingsdiscipline te handhaven.”
Zijn collega mr. Stanley Betterson noemde het aannemen van de wet “een unicum”:
“Het toont dat luisteren naar elkaar leidt tot wijsheid en inzicht. Dit is een voorbeeld van hoe samenwerking hoort te werken.”
Dr. Steven Reyme, eveneens mede-initiatiefnemer, onderstreepte de controlerende rol van het parlement:
“We zullen nooit onze controlerende taak opgeven. Verschillende inzichten maken ons sterker.”
Drs. Ronny Asabina vulde aan:
“We dachten dat dit een zware bevalling zou worden, maar het proces verliep soepel dankzij onze coöperatieve houding en partijoverstijgende samenwerking.”
De ontwerpwet werd op 19 september 2025 ingediend door drs. Rossellie Cotino MSc, drs. Ronny Asabina, mr. Stanley Betterson, Bronto Somohardjo en dr. Steven Reyme.
Naast Parmessar en Gajadien maakten ook Jennifer Vreedzaam, Kishan Ramsukul, Ines Pané LLB, drs. Jeffrey Lau en Wedprekash Joeloemsing deel uit van de Commissie van Rapporteurs.
De aangenomen wijziging markeert een belangrijk moment in de parlementaire geschiedenis van Suriname — een zeldzaam unaniem besluit dat volgens veel leden symbool staat voor een nieuw tijdperk van financiële verantwoordelijkheid en transparantie.